‘Bij ons thuis’. Iedereen kent het thema van de Kinderboekenweek van 2023 en weet daar mooie boeken bij te vinden. Veel scholen ondernemen speciale activiteiten.
(N)iets speciaals
Naomi Smits, een populaire groepsleerkracht en leesbevorderaar, schreef in het onderwijsblad JSW een mooi artikeltje over de Kinderboekenweek onder de titel: ‘Iets speciaals’.
Want daar vragen de leerlingen om: iets speciaals voor die ene week waarin kinderboeken centraal staan. Smits is niet te porren voor verkleedpartijtjes of andere wilde activiteiten.
Ze vertelt het onomwonden: ‘In de eerste weken van oktober draait het om het lezen van kinderboeken extra te promoten. En daar ga je de rest van het jaar vrolijk mee verder. Vooral nu de resultaten wat leesvaardigheid en leesplezier betreft een onacceptabel dieptepunt hebben bereikt.
Het is de taak van de leerkracht hier full throttle op in te zetten. Lezen is nou eenmaal het allerbelangrijkste vak dat er is.’
Principes
Er zijn dus leerkrachten die principieel tegen losse activiteiten zijn. Schrijver op school, boekenmarkt, verkleed-je-als-een-personage, niets daarvan. Deze leerkrachten hebben een groot en belangrijk onderwijsprincipe: het is elke dag boekendag.
We lezen iedere dag, we gaan in gesprek over boeken, we schrijven over wat we gelezen hebben en zien onze kennis groeien.
Losse activiteiten
Uit onderzoek blijkt dat veel leerkrachten losse activiteiten wel zien zitten. Dat is begrijpelijk. Je besteedt aandacht aan wat op dat moment van het jaar relevant is, om vervolgens over te gaan tot de orde van de dag.
De bestaande onderwijspraktijk wijzigen vergt heel wat meer inspanning – en gezamenlijk beleid. Maar het levert ook erg veel op.
Wie geïnteresseerd is, moet de Pointer-uitzending van 17 september maar eens bekijken. De Alan Turingschool in Amsterdam is wat leesonderwijs betreft een voorbeeld om na te volgen.
Door Janneke de Jong-Slagman
